maandag 4 juli 2016

Met onze neus in de boter …

Deze week wordt er een ondergrondse afvalcontainer geplaatst op de Botermarkt in Bunschoten. De Botermarkt ligt in het oude centrum van het middeleeuwse stadje, en daarom kijken de archeologen van het CAR mee met de graafwerkzaamheden.

Nog geen meter onder het
huidige straatniveau vinden we
een vloertje van plavuizen.
 
Op een halve meter onder het huidige straatniveau komen we al de eerste funderingen tegen, en iets dieper vinden we ook een vloerniveau van mooie oranje plavuizen. Bovenop deze vloer ligt een mooi schoon kleipakket. Hoe komt die klei hier terecht? En waarom zitten er geen vondsten in? We vermoeden dat dit het restant is van een overstroming. Bij een overstroming wordt zand meegevoerd door het water, en klei bestaan uit hele kleine deeltjes zand. Mogelijk is de vloer van dit huisje ooit overstroomd geraakt; bijvoorbeeld bij een dijkdoorbraak.

Onder de vloer was een laag met veel houtskool zichtbaar. Zijn dit sporen van een brand? Als we aan brand in Bunschoten denken, komt meteen het jaar 1428 bij ons naar boven. In dat jaar werd het jonge stadje Bunschoten veroverd en platgebrand door bisschoppelijke troepen uit Utrecht. Bunschoten had namelijk voor de verkeerde machthebber gekozen. Of de brandlaag inderdaad met deze historisch belangrijke gebeurtenis te maken had, is moeilijk te bewijzen. Gelukkig vonden we de resten van een aardewerk potje in de laag. We gaan het aardewerk gauw wassen en onderzoeken; hopelijk kunnen onze aardewerkspecialisten er een mooie datering aan geven. Liefst 15de eeuws!

De brandlaag is in het profiel te herkennen
aan de zwarte houtskoolspikkels.