woensdag 2 oktober 2024

De schatkist blijft hier

1984-2024: 40 JAAR CENTRUM VOOR ARCHEOLOGIE

In de Erfgoedwet is geregeld dat archeologische vondsten door de provincies bewaard moeten worden. Het was voor de stadsarcheologen dan ook groot en goed nieuws toen het provinciale bestuur bekend maakte dat wij alle vondsten uit Amersfoort zelf mogen bewaren.


In de afgelopen 40 jaar hebben we meer dan 200.000 vondsten van de opgravingen meegenomen. En dat zijn vooral scherven en botjes. Er wordt (bijna) niets weggegooid. De vondsten worden onder de juiste condities bewaard in ons depot. Maar om ze goed te bewaren, moeten veel vondsten worden geconserveerd. Voor elk voorwerp wordt bekeken óf en hoe dat het beste kan worden gedaan. Alles wordt zorgvuldig verpakt en opgeborgen in ons depot. En de mooiste vondsten zijn te zien in onze expositieruimte.

Tip: klik op de foto van het krantenartikel om het te lezen.


  

maandag 30 september 2024

Veel belangstelling voor archeologen tijdens 'Buurten op de bouw"

Al voor 10.00 uur stonden afgelopen zaterdag de nieuwgierige bezoekers op de bouwplaats om een kijkje achter de schermen te nemen van de bouwactiviteiten. Stadarcheologen Sanne en Maarten stonden klaar om namens het Centrum voor Archeologie bezoekers mee te nemen in het verhaal van de stadhuizen van Amersfoort, wat de opgravingen daarvan hebben opgeleverd en wat er op de nieuwe locatie is gevonden.

Uiteindelijk zijn er zo'n 450 bezoekers geweest - ondanks de vele buien. En ook de pers was aanwezig.

Bezoek de bouwplaats nieuwe stadhuis | Gemeente Amersfoort

Bouwplaats Huis voor de Stad open voor bezoekers op Nationale Burendag - Nieuws uit de regio Amersfoort (destadamersfoort.nl)

Wisselende reacties op nieuw stadhuis in Amersfoort: ‘Best wel gewoon eigenlijk’ | Amersfoort | AD.nl

woensdag 25 september 2024

1984-2024: 40 JAAR CENTRUM VOOR ARCHEOLOGIE

Een puntneuskan

Archeoloog Maarten van Dijk: "Sommige vondsten of opgravingen blijven je voor altijd bij. Dat geldt ook voor de puntneuskannen die we gevonden hebben tijdens een opgraving bij de Kreupelstraat in 2002. We vonden daar een grote ronde kuil, gevuld met huishoudelijk afval. Het was een regenachtige dag en het opgraven was een modderige bedoening. Maar de vondsten uit de afvalkuil maakten veel goed; we vonden glazen bekers en ook een aantal kannen van aardewerk. Ik vergeet nooit het moment dat ik de modder van een van de kannen afveegde om het voorwerp beter te kunnen bekijken. Tot mijn verrassing werd ik aangekeken door een vrolijk gezichtje met een puntige neus. Voor het eerst zag deze puntneuskan het licht, nadat ie zo’n 500 jaar in de grond had gezeten. Dit zijn de dingen die ons vak zo leuk maken."

Uiteindelijk bleken er twee puntneuskannen in de kuil te zitten. Ze zijn rond 1500 gemaakt in de pottenbakkersplaats Raeren, vlakbij Aken. Ze zijn gemaakt van een kleisoort die onder hoge temperatuur gebakken kan worden en dan waterdicht wordt. Ideaal dus voor het vervaardigen van drinkgerei. Steengoed wordt het genoemd en dat is het dus ook letterlijk. De kannen zijn door de pottenbakker op een draaischijf gevormd en versierd door het aanbrengen van zogenaamde appliques of het indrukken van stempeltjes. Voor het bakken werden de kannen ondergedompeld in een ijzerhoudende klei-oplossing of voorzien van zoutglazuur. Zo kreeg de buitenzijde van de pot een fraai patroon en een glanzend oppervlak. Dit was puur decoratief; het glazuur was immers niet nodig om de voorwerpen waterdicht te maken.

Puntneuskannen waren luxe producten. De andere vondsten uit de afvalkuil bij de Kreupelstraat wijzen ook op een zekere luxe; zo vonden we 8 glazen ribbelbekers (glas was in die tijd nog redelijk zeldzaam) en pitten van destijds niet alledaagse producten, zoals vijgen en druiven.

                                            

Verder lezen? Download het artikel van André Clazing uit het boek ‘Een maand op zicht’.

https://drive.google.com/file/d/1sNG_DRWTbutpafyHLqswAyUUMNwDwv7V/view?usp=sharing

 

maandag 23 september 2024

Open dag op bouwplaats nieuwe stadhuis ‘Huis voor de Stad’

Amersfoort bouwt aan een nieuw stadhuis: het Huis voor de Stad. Eind 2026 kunnen inwoners en organisaties hier terecht. Het wordt een duurzaam, open en toegankelijk gebouw. Een plek voor ontmoeting waar de gemeente samen met inwoners en partners werkt aan de toekomst van de stad.

Op zaterdag 28 september 2024 kunnen geïnteresseerden tussen 10-14u de bouwplaats bezoeken. Er worden gedurende de dag presentaties gehouden, waaronder door de Amersfoortse stadsarcheologen:


10.15-10.30 uur Presentatie Dura

10.45-11.00 uur Presentatie Architect

11.15-11.30 uur Presentatie Archeologie

12.15-12.30 uur Presentatie Dura

12.45-13.00 uur Presentatie Architect

13.15-13.30 uur Presentatie Archeologie


Wanneer: zaterdag 28 september 2024

Hoe laat: 10:00 – 14.00 uur

Waar: Bouwplaats Huis voor de Stad, Ingang op de Piet Mondriaanlaan tegenover het Albert Fikspad.




woensdag 18 september 2024

De specialist bouwkeramiek

1984-2024: 40 JAAR CENTRUM VOOR ARCHEOLOGIE

Zoals je van gebakken klei potten, pannen, bekers en wat dies meer zij kunt maken, zo kun je er ook bouwkeramiek van maken. Bij bouwkeramiek gaat het vooral om dakpannen, bakstenen en tegels, maar ook om pleisterwerk of haardstenen met afbeeldingen erop. Denk maar aan bakstenen, tegels en dakpannen. We bewaren in ons depot ongeveer 26.000 vondsten bouwkeramiek.

 


Het oudste bouwmateriaal dat wij kennen is het 'huttenleem'. Dat is het leem waar de eerste boeren (rond 5300 jaar v. Chr.) de wanden van hun huizen mee afsmeren. Ze gebruiken er klei uit de directe omgeving voor, vermengen het met zand, vormen het eventueel, maar bakken het niet. Het bakken van klei/aarde om goede bouwmaterialen te kunnen maken ontstaat in het Midden Oosten. Via de Grieken en de Romeinen verspreidt het zich over Europa. De Romeinen zijn zelf weer de uitvinders van cement en beton. Als het West-Romeinse Rijk valt, verdwijnt de baksteen hier lange tijd uit beeld. Pas in de 11de/12de eeuw wordt hij opnieuw uitgevonden als kloostermop, voor de bouw van kloosters, kerken en kastelen. Huizen blijven over het algemeen nog lang van hout. Pas halverwege de 17de eeuw worden huizen langzaam maar zeker helemaal van steen. De stadsmuur in Amersfoort (de eerste dateert uit de 13de eeuw) is wel van baksteen.



dinsdag 17 september 2024

Open Monumentendagen 2024 groot succes

Druk druk druk... Afgelopen weekend trok de 38ste editie van de Open Monumentendag landelijk naar schatting zo'n 1,75 miljoen bezoekers. Een deel daarvan kwam bij het Centrum voor Archeologie kijken. We hebben meer dan 1250 bezoekers mogen ontvangen en dat betekent meer dan twee bezoekers per minuut. Hard werken, maar wel erg gezellig! Volgend jaar weer?!

Rij wachtenden bij de Koppelpoort, al voordat deze open ging.

(foto: R. van Denderen)

woensdag 11 september 2024

Wat van ver komt

1984-2024: 40 JAAR CENTRUM VOOR ARCHEOLOGIE

Al in de Steentijd vond er handel en uitwisseling plaats, vaak al over grote afstanden. En in de loop van de geschiedenis is de wereld alleen maar groter geworden. In onze expositieruimte laten we in een van de vitrines voorwerpen zien die in de Amersfoortse bodem gevonden zijn, maar van buiten onze huidige landsgrenzenkomen. Het laat zien dat internationale handel echt geen nieuw verschijnsel is. 

Verder lezen? Klik hier.

https://archeologischcentrum.nl/portfolio/wat-van-ver-komt/

Je kan onze expositieruimte op woensdag- en vrijdagmiddag bezoeken van 14:00 - 16:30 uur.

donderdag 5 september 2024

Glas

1984-2024: 40 JAAR CENTRUM VOOR ARCHEOLOGIE

In onze expositieruimte kan je in een van de vitrines een klein deel van onze glazen voorwerpen bewonderen. De oudste glasvondsten in onze regio zijn armbandjes uit de periode 50 v. Chr. - 50 na Chr. Ook uit de Vroege Middeleeuwen kennen we veel mooie glasvondsten, vooral uit grafcontexten. Vanaf de Late Middeleeuwen wordt glas steeds vaker gebruikt. Vooral als drinkgerei, maar ook als verpakkingsmiddel (flessen) en als vensterglas. Een paar bijzondere vondsten zijn de Kometenbeker (uit 1600-1650) en het Borstglas (1600-180).




Verder lezen? Download dan de informatiebladen van de armbandjes, de kometenbeker of het borstglas.

https://drive.google.com/file/d/1yTIbqjiJ2ZCkuC-3ef3BvXXD_JXbdlls/view?usp=sharing

https://drive.google.com/file/d/1l3Z_8YvVggIAbbP2J_NjVyVT-QJpT_B6/view?usp=drive_link

https://drive.google.com/file/d/1I0mtmEXMtSrxRjQMsYpbskSVz0I4MhB3/view?usp=drive_link

Je kan onze expositieruimte op woensdag- en vrijdagmiddag bezoeken van 14:00 - 16:30 uur.

maandag 2 september 2024

Open monumentendagen 2024

Op zaterdag 14 en zondag 15 september zijn de jaarlijks Open monumentendagen. Ook het Centrum voor Archeologie Amersfoort opent haar deuren deze dag voor geïnteresseerden. Wij zijn op zaterdag 14 september geopend van 10:00-17:00 en op zondag 15 september van 12:00-17:00. Hopelijk zien we u dan aan de Westsingel 46 in Amersfoort.





donderdag 29 augustus 2024

Opgraving Wieken-Vinkenhoef en Bloeidaal

1984-2024: 40 JAAR CENTRUM VOOR ARCHEOLOGIE

Bij de aanleg van bedrijventerrein Wieken-Vinkenhoef en het natuurgebied Bloeidaal zijn tientallen opgravingen verricht. Er zijn sporen van minstens 34 boerderijen opgegraven. Het gaat steeds om woon-stalhuis-boerderijen en gemengde bedrijven. De bijbehorende erven hebben we ook goed kunnen bekijken. Elk erf had bijgebouwen, spiekers en verschillende soorten kuilen. In die kuilen werden voorraden bewaard of er werd afval in gegooid. Sommige waren bedoeld om water in op te vangen. We hebben in totaal 200 bijgebouwen opgegraven!


Verspreid over de 34 erven lag veel aardewerk. Dat aardwerk werd hier gemaakt. Bijzonder zijn fragmenten van enkele glazen armbandjes: in die tijd een luxeproduct. Het glas is ingevoerd uit Zwitserland of gebieden langs de Rijn. De armbanden zijn waarschijnlijk in de buurt van Nijmegen of in Duitsland gemaakt.

Omdat we spinklosjes voor het spinnen van wol hebben gevonden, weten we dat ze ook schapen en/of geiten hadden. Verkoold graan wijst op de verbouw van tarwe en gerst.

 

De oudste boerderijen zijn ongeveer 2500 jaar geleden gebouwd. In de loop van de tijd werden de boerderijen op steeds hoger gelegen delen van het landschap gebouwd. Waarschijnlijk moesten de boeren zich aan de stijgende waterstanden aanpassen en zochten ze de drogere plekken op. Ongeveer 500 jaar later worden ook de hoogste gebieden te nat en verlaat de mensen het gebied.